Is niet zo ’n homogene regio als bvb. de Rhônevallei waar over heel het verloop +/- hetzelfde druivenassortiment te vinden is (grenache, syrah, mourvèdre). Omdat het stroomgebied van de Loire zoveel verschillende landschappen en bodemsoorten bevat, staat een groot aantal verschillende druivensoorten aangeplant. Van West naar Oost : - Le Pays Nantais met oa. Muscadet de Sèvre-et-Maine (dé wijn voor bij je mosselen) op basis van de Muscadetdruif ofte melon de bourgogne - L’ Anjou : even verder stroomopwaarts doet de chenin zich gelden. De veelzijdigheid van deze druivensoort blijkt sterk uit de vele vineuze variaties die hij hier geeft: sec, demi-sec, liquoreux. In droogwit is Savennière de sterappellatie, in zoetwit zijn dit Bonnezeaux, Coteaux du Layon en Quarts de Chaume. - Saumurois: hier wordt de witte chenindruif vnl. gebruikt voor de produktie van mousseux en en maakt Cabernet Franc zijn entrée (Saumur-Champigny) - La Touraine ; naast de Sauvignon Touraine, een sobere versie van Sancerre, keert even ten oosten van Tours de chenin blanc weer terug in Vouvray en Montlouis. De grootste rode wijnen van de Loire komen uit deze streek: Bourgeuil, St-Nicolas de Bourgeuil en Chinon. - Le Centre : het thuisland van de Sauvignon blanc: Sancerre, Pouilly-Fumé, Quincy, Reuilly. 2002 gaf in het hele Loiregebied meestal een schitterend jaar, vooral voor de droge witte. 2003 geeft tgv. de landurige extreme warme zomer tendens tot zwaardere, eerder zoete wijnen met lager zuurgehalte en dus afwezige finesse en fraîcheur (een zuiders accent op de noordelijke Loirewijnen!) Rood daarentegen is veelbelovend.
|
|
|